Polyfarmacie bij ouderen
De specialist ouderengeneeskunde is dé deskundige als het gaat om optimale geneesmiddelen toepassing bij ouderen.
Deze deskundigheid is belangrijk, omdat:
- Bijna 20% van de 75-plussers tien of meer geneesmiddelen gebruikt.
- Het effect van geneesmiddelen bij ouderen vaak anders is dan bij jongeren of mensen van middelbare leeftijd.
- Patiënten die negen of meer verschillende geneesmiddelen gebruiken een ruim twee keer zo grote kans hebben op het ontwikkelen van bijwerkingen en interacties, dan patiënten die minder geneesmiddelen gebruiken.
- Naarmate patiënten meer geneesmiddelen voorgeschreven krijgen en de farmacotherapie complexer is, het lastiger wordt voor patiënten om alle medicamenten trouw volgens voorschrift in te nemen. Een deskundig iemand die weet hoe therapietrouw het meest effectief bevorderd kan worden, is dan van grote waarde.
- Het toenemend aantal ouderen met multimorbiditeit, polyfarmacie tot een steeds groter maatschappelijk probleem maakt. Polyfarmacie gaat gepaard met vele negatieve gevolgen zoals een grotere kans op bijwerkingen, toename van de morbiditeit, ziekenhuis- en verpleeghuisopnames en zelfs overlijden. Het leidt daarmee tot een afname van de kwaliteit van leven van oudere patiënten en hogere zorggerelateerde kosten.
Optimale geneesmiddelentoepassing betekent ook kijken naar welke geneesmiddelen gestopt kunnen worden. Ook op dit terrein is de specialist ouderengeneeskunde deskundig.
Zie ook: richtlijn Polyfarmacie