App Icoon

Klaar, naar Verenso tijdschrift

5 vragen aan... Anne Lefebre

Redactie

AnneLefebre.jpg

Anne Lefebre, de voorzitter van de Verenso congrescommissie, stelt zich hier aan u voor. We blikken met haar vooruit naar het najaarscongres Start & Stop op 26 november en er wordt zelfs al een tipje van de sluier opgelicht over het voorjaarscongres in 2016.

1. Kun je je kort voorstellen?

Ik ben Anne Lefebre – van de Fliert, ik ben als derdejaars aios ouderengeneeskunde verbonden aan het Leidse opleidingsinstituut. Ik woon in Den Haag, met man Leo en twee katten.

2. Hoe is het gekomen dat je deze enorme klus hebt aangepakt?

Zeggen dat het gewoon op mijn pad kwam is wat te eenvoudig. Onze vorige voorzitter Janine van Kooten kon het voorzitterschap niet langer combineren met haar overige taken waarna de vacature ontstond. Ik heb een passie voor ons vak en merk vanuit mijn huidige opleidingssituatie hoe belangrijk goed onderwijs is om ons beter te maken in dat vak. Ik denk dat het Verenso congres hier een belangrijke rol in kan vervullen en daar werk ik graag aan mee. Dat het een monsterklus is, naast je werk en je opleiding, dat staat buiten kijf. Ik heb voor ik het besluit nam dan ook eerst overlegd met het hoofd van de opleiding in Leiden, dr. Victor Chel, die me steun vanuit Leiden toezei en uiteraard met mijn man en beste vrienden. Mijn man zei tekenend: “ik zou zeggen, niet doen, maar je gaat het natuurlijk wel doen”.

Verder vind ik dat ons vak nog altijd een erg lage status heeft. En al boeit me dat persoonlijk niet zo, ik vind het wel onterecht. Het is een ingewikkeld, zeer verantwoordelijk specialisme wat een beroep doet op vele competenties wil je het goed doen. Door middel van dit voorzitterschap hoop ik mee te werken aan het beter positioneren van de specialist ouderengeneeskunde in het veld. Overigens lijkt een betere salariëring me onontbeerlijk in dit proces.

3. Wanneer en waarmee gingen de voorbereiding van het congres van start?

We trappen altijd af met een etentje waarin we terugkijken op het afgelopen najaarscongres en dit grondig evalueren. Meestal komt dan uit de suggesties van de deelnemers aan het vorige congres een onderwerp bovendrijven. Er lijkt iets te zijn van een collectief bewustzijn in SO-land. Opeens suggereren velen dan een thema om uit te diepen. Van daaruit volgt een brainstorm en krijgt het congres langzaam maar zeker vorm.

4. Waarom heet het congres Start & Stop?

Omdat wij dit de hele dag doen. Het lijkt soms een kerntaak te zijn. Bijvoorbeeld: wat zijn de criteria voor het starten en stoppen van een behandeling? Hoe kies je de beste behandeling voor je patiënt? Hoe stop je die behandeling waar patiënt en familie zoveel hoop op vestigen? En wat heb je nodig om dit te durven?

Ik denk dat we er in geslaagd zijn om een keur van uitstekende sprekers te selecteren. Ik kijk ook erg uit naar de presentaties zoals die verzorgd zijn door de vijf hoogleraren in de ouderengeneeskunde die kort maar krachtig een overzicht zullen geven van de huidige wetenschappelijke ontwikkelingen en waarin jonge onderzoekers een kans krijgen zich te presenteren.

5. Met welk gevoel hoop je dat jij en de congresgangers op 26 november in de avond naar huis gaan?

Met een voldaan gevoel. Ik hoop dat congresgangers een leuke, leerzame dag hebben gehad waarin ze ook veel bekenden hebben gesproken en hun netwerk hebben vernieuwd, bijgehouden of uitgebreid. Ik hoop dat ze antwoorden hebben gekregen op hun vragen en dat ze de volgende dag de opgedane kennis kunnen toepassen in hun werk. Ook hoop ik dat velen nog even blijven napraten na de algemene ledenvergadering tijdens het eten. Uiteraard hoop ik velen terug te zien op het voorjaarscongres van 26 mei 2016. Tijdens dit congres zullen we een blik werpen op de toekomst, van praktische zaken tot domotica, maatschappelijke ontwikkelingen en de positie van de specialist ouderengeneeskunde in dit verband. Tevens zal er aandacht zijn voor het vraagstuk hoe de zorgverlening voor mensen met cognitieve achteruitgang te optimaliseren.

Reacties
PDF
Genereer PDF document