App Icoon

Klaar, naar Verenso tijdschrift

Leren van data tijdens een spiegelgesprek

Hoe werkt dat bij medische vakgroepen in de Peilstations?

 

 

Gary Yeung, Charlotte Albers, Martine de Bruijne, Cees Hertogh, Patricia Jepma, Karlijn Joling, Martin Smalbrugge

 

De abstractcommissie heeft op verzoek van de congrescommissie twaalf abstracts geselecteerd die tijdens het Verenso voorjaarcongres 'Medisch-ethische dilemma's' op 13 juni 2024 middels een fysieke presentatie gepresenteerd werden. Onderstaand abstract was daar een van.

 

Introductie

Jaarlijks verzamelen medisch behandelaren binnen het landelijk netwerk van Peilstations data op een gekozen onderwerp om de conformiteit van handelen in overeenstemming met de geldende Verenso richtlijnaanbevelingen te onderzoeken. Resultaten van de eigen vakgroep worden afgezet tegen andere vakgroepen van de Peilstations en besproken binnen de eigen vakgroep in een spiegelgesprek. Het spiegelgesprek wordt geleid door een externe specialist ouderengeneeskunde met een didactische achtergrond en een onderzoeker om samen met de vakgroep te komen tot leren en verbeteren.

Doel van het onderzoek

Evalueren in hoeverre de spiegelgesprekken volgens de principes van het Calgary Audit & Feedback Framework verlopen om te leren hoe de spiegelgesprekken verbeterd kunnen worden.

Methode

In een kwalitatieve studie werden de gevoerde spiegelgesprekken in 2023 over passend antibioticagebruik getranscribeerd (n=15). De transcripten werden deductief gecodeerd en geanalyseerd middels ‘The Calgary Audit and Feedback Framework’, dat beschrijft hoe medische vakgroepen spiegelinformatie bespreken om tot verbeterplannen te komen.1 Observatie- en evaluatievragenlijsten werden na het spiegelgesprek door gesprekleiders en deelnemers ingevuld en gebruikt voor datatriangulatie.

Voorlopige resultaten

Binnen alle spiegelgesprekken komen de onderdelen van het framework terug. Vakgroepen reageerden overwegend positief op de spiegelinformatie, met name als zij behoorden tot de best presterende vakgroepen. Verbazing of twijfel over de spiegelinformatie was er wanneer behandelaren zich niet in de data herkenden. Als mogelijke verklaringen voor een lage conformiteit dachten vakgroepen vaak als eerste aan de datakwaliteit of externe factoren, zoals de zorg of dienstdoende collega’s. Er werd wisselend gereflecteerd op het eigen handelen als verklaring voor de lage conformiteit. Alle vakgroepen zagen leer- en verbetermogelijkheden. Het varieerde hoe concreet de plannen waren, waarbij het gemakkelijker leek om plannen te bedenken voor verbeteren van dossiervoering/registratie of kennis. Vakgroepen planden vaak vervolgoverleggen om eventuele aanpassingen in de behandel- of voorschrijfpraktijk van de gehele vakgroep te bespreken en door kunnen te voeren. De onderlinge verhoudingen binnen de vakgroep en de relatie met de gespreksleiders zijn een belangrijke factor bij het bedenken en plannen van verbetermogelijkheden.

Conclusie/discussie

Het spiegelgesprek biedt de vakgroep ruimte voor reflectie op de spiegelinformatie. De onderlinge verhoudingen en het vertrouwen in de data en de gespreksleiders zijn bepalend voor het vermogen om verbetermogelijkheden binnen het eigen medisch handelen te verkennen. Binnen het spiegelgesprek vinden vakgroepen het makkelijker om verbeterplannen te bedenken voor registratieproblemen of kennishiaten, dan voor aanpassingen in de behandel- of voorschrijfpraktijk van de gehele vakgroep. De opgedane inzichten kunnen mogelijk ook relevant zijn voor andere overleggen waar specialisten ouderengeneeskunde samen werken aan kwaliteit en veiligheid van zorg.

Auteurs

  • Gary Y.C. Yeung*, arts-onderzoeker/promovendus, Amsterdam UMC, afdeling Ouderengeneeskunde
  • Charlotte Albers*,promovendus, Amsterdam UMC, afdeling Ouderengeneeskunde

  • Prof. dr. Martine C. de Bruijne, hoogleraar sociale geneeskunde en arts Maatschappij en Gezondheid, Amsterdam UMC afdeling Sociale geneeskunde

  • Prof. dr. Cees M.P.M. Hertogh, hoogleraar ouderengeneeskunde en specialist ouderengeneeskunde, Amsterdam UMC, afdeling Ouderengeneeskunde

  • Patricia Jepma, postdoc onderzoeker, Amsterdam UMC, afdeling Ouderengeneeskunde

  • Karlijn J. Joling, senior onderzoeker, Amsterdam UMC, afdeling ouderengeneeskunde

  • Prof. dr. Martin Smalbrugge, hoogleraar ouderengeneeskunde en specialist ouderengeneeskunde, Amsterdam UMC, afdeling Ouderengeneeskunde

 *Beiden gedeelde eerste auteur.

Literatuur

  1. Cooke, LJ, et al. (2018) The Calgary Audit and Feedback Framework: a practical, evidence-informed approach for the design and implementation of socially constructed learning interventions using audit and group feedback. Implementation Sci. Doi.org/10.1186/s13012-018-0829-3.
PDF
Genereer PDF document