De minimale dataset die in het programma Leren van Data met en voor specialisten ouderengeneeskunde wordt ontwikkeld, is uitgebreid met het thema “COVID-19”. Daarmee bestaat de minimale dataset nu uit ruim 30 inhoudelijke gegevens, onderverdeeld in acht thema’s.
In het programma Leren van Data wordt door en voor specialisten ouderengeneeskunde een minimale dataset (MDS), een basisset van behandelgegevens van verpleeghuispatiënten, ontwikkeld. Eerder zijn de thema’s patiëntgegevens, beleidsafspraken, onvrijwillige zorg, voorgeschiedenis, fysiek functioneren, cognitief functioneren en behandelplan opgenomen. De minimale dataset is nu uitgebreid met het thema “COVID-19”, die bestaat uit 5 inhoudelijke gegevens: patiënt heeft symptomen passend bij COVID-19 (ja/nee), patiënt positief getest op COVID-19 (ja/nee), patiënt overleden (datum), patiënt gevaccineerd (ja/nee), laatste COVID-19 vaccinatie (datum).
Waarom nemen we COVID-19 op in de MDS?
Deze vraag zal wellicht door je hoofd schieten bij het lezen van dit bericht. Hoewel COVID-19 nog steeds voorkomt, wordt er niet tot nauwelijks meer getest en daarmee ook vaak niets geregistreerd. Om snel te kunnen handelen bij mogelijk toekomstige uitbraken van infectieziekten in verpleeghuizen, vinden we het toch belangrijk dit thema op te nemen in de MDS in de bredere context van infectiepreventie. Specialisten ouderengeneeskunde van de klankbordgroep Leren van Data hebben hierbij aangegeven welke informatie essentieel is om vast te leggen zodat specialisten ouderengeneeskunde (en hun organisaties) in een dergelijke situatie adequaat kunnen handelen. Opname van COVID-19 in de minimale dataset maakt het mogelijk om met kleine aanpassingen in het EPD te zorgen voor snelle inzage in de verspreiding van infectieziekten in de verpleeghuizen.
