Oud en benauwd
Benauwd, kortademig of gewoon moe. Ik vind het altijd ingewikkeld om bij de oudste ouderen een goed beeld te krijgen van de klacht ‘dyspneu’. Het lijkt zo makkelijk: een tekort aan adem is toch goed merkbaar en dat moet je als patiënt toch duidelijk kunnen maken? Vanuit het perspectief van iemand die fit en gezond is denken we bij benauwdheid vooral aan momenten van acute ademnood, wat dan ook heel duidelijk is. Maar voor benauwdheid op oudere leeftijd geldt dat meestal niet.
Omdat de klachten vaak langzaam progressief zijn, worden ze ervaren als een constatering: ‘oh, dat kan ik ook niet meer zo goed’ of ‘het zal de leeftijd zijn’. Mensen gaan vaak minder bewegen waardoor de klachten voor eventjes verdwijnen. Maar uiteindelijk komen de klachten terug en moeten activiteiten nog verder worden teruggeschroefd, met alle gevolgen van dien. Of de klachten escaleren door een infectie of de vaak bijkomende hartproblemen.