Woord Bestuur
Schrijven is twijfelen
Vanaf 1 januari 2020 heeft Verenso drie bestuursleden. Naast bestuursvoorzitter Nienke Nieuwenhuizen maken Lotje Oosterbaan (Kwaliteit) en Mathieu Prevoo (Wetenschap en Opleiding) deel uit van het Verenso-bestuur. Met de komst van de nieuwe bestuursleden vonden wij het als redactie tijd om deze rubriek aan te passen van Woord Voorzitter naar Woord Bestuur en zullen de bestuursleden afwisselend deze rubriek vullen. Bestuurslid Mathieu Prevoo trapt af.
Als nieuw bestuurslid van Verenso mag ik deze editie aftrappen om de rubriek Woord Bestuur te vullen. Dat begint met twijfel. Moet ik spits en uitdagend zijn of gewoon neutraal? Maar dan leest niemand het. Moet ik zakelijk en feitelijk formuleren of mijn mening ventileren? Lijk ik dan niet ‘Johnny de Selfkicker’? En waar moet het over gaan? Zal ik dan toch maar een opiniërend stuk schrijven?
Ik zou bijvoorbeeld over de start van de opleidingen tot specialist ouderengeneeskunde aan de medische faculteiten van Groningen en Maastricht kunnen schrijven. Een stevige stap in de richting van 180 opgeleide specialisten ouderengeneeskunde per jaar. Een mogelijkheid om de landelijke opleidingscapaciteit beter te benutten. Het is een uitgelezen kans om ons specialisme in de toekomst nog meer zichtbaar te maken in de basiscurricula. Op dit moment een blijvende opdracht aan iedere specialist ouderengeneeskunde om te zorgen dat er voldoende opleidingscapaciteit is en komt. Ik denk dat het de beroepsgroep een extra boost geeft.
Zo gaan we voorkomen dat we over veertien jaar een tekort aan specialisten ouderengeneeskunde hebben van 44 procent (in het ergste geval). En kunnen we voorkomen dat de zeer kwetsbaren, die niet meer thuis kunnen wonen, in de toekomst de expertise van de specialist ouderengeneeskunde zullen moeten missen. Daar heeft onze bestuursvoorzitter immers nadrukkelijk op gewezen bij de Invitational Conference op 5 februari j.l. over de ‘Toekomst van de oudere zelfstandige in 2030. Een reisadvies’ (Regie, Eenvoud, Integrale benadering, Samenwerking). Op die conferentie werd het ‘REIS-advies’ van de commissie Bos gepresenteerd. Een gevat acroniem dat de uitgangspunten van ‘zo lang mogelijk thuis’ aardig samenvat. Bouwen, digitaliseren en samenwerken is de rode draad.
REIS-advies
Regie: Laat ouderen zelf regie voeren?
Eenvoud: Vereenvoudig ondersteuning en zorg voor de ouderen zelf en voor de professionals.
Integrale benadering: Verwijder schotten en bevorder een integrale kijk op ondersteuning en zorg.
Samenwerking: Bevorder samenwerking tussen betrokken partijen en professionals.
Het rapport leest goed en schetst redelijke perspectieven voor de sterken, maar helaas dus vooral voor ‘the lucky ones’. De echte kwetsbaren, die het thuis niet meer redden, worden in het rapport nauwelijks genoemd. Wij hebben er tijdens dit congres de aanwezigen erop gewezen dat de zeer kwetsbare ouderen, die niet meer thuis kunnen wonen, in de toekomst de expertise van onze beroepsgroep dreigen te moeten missen. De ‘support’ van de huisartsen, ter plaatse, op deze oproep mag hier niet ongenoemd blijven.
Heeft u de stille revolutie van 1 januari ook bewust beleefd? Nee, ik bedoel niet de Wzd. Daar kom ik nog op terug. Ik doel op de overheveling van de Geneeskundige zorg voor specifieke patiëntengroepen (GZSP) naar de Zorgverzekeringswet! Ik vind het een mijlpaal. Vanaf 1 januari hebben we een persoonlijke betaaltitel. We krijgen deze titel niet omdat men ons aardig vindt, maar vanwege onze expertise, erkend als toegevoegde waarde in de eerstelijnsgeneeskunde. En vergeet niet de onderhandelingspositie die we daardoor als beroepsgenoten bij zorgverzekeraars en directies hebben. Het voelt als ‘volwassen worden’. Volwassen worden gaat wel gepaard met groeistuipen. Gesprekken over voorwaarden voor specialisten ouderengeneeskunde die willen starten in de eerste lijn en omzetplafonds lopen nog. Er zijn nog genoeg hobbels te nemen. Maar ik heb het moment gekoesterd. Het geeft elan. Nu kunnen we aan de slag met indicatoren en productbeschrijvingen.
En dan de hebben we nog de Wzd en Wvggz. De ‘zorg-polarisatiewetten’ die per 1 januari van kracht zijn voor de meest kwetsbaren in onze samenleving. Bedoeld om hen te beschermen. Helaas leiden deze wetten tot polarisatie van rechtsposities van mensen met dementie versus psychiatrische aandoeningen. Met dementie ben je ‘slechter af’. Dit geldt ook met de polarisatie van zorgtaken tussen Ouderenzorg en GGZ, waar samenwerking juist nu zo noodzakelijk is. En vergeet ook niet, naar mijn mening, de polarisatie tussen eenvoudige pg-problematiek en ‘pg-plus problematiek’ waarbij administratieve opdrachten en controles de oplossing moet brengen. Leve de paarse krokodil! Jammer dat de bezwaren van Verenso, bij het ministerie geuit, worden afgedaan met ’we hebben een overgangsjaar’. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald, zou ik denken.
Als fris bestuurslid maak je veel mee, zoals jullie in deze column kunnen lezen. Mijn volgende column zal ik dan ook proberen te beperken tot één thema.