Hoe staat het met uw kennis op het gebied van acute ouderengeneeskunde? Bent u voldoende op de hoogte? Om uw kennis te toetsen verzorgt SOON (Samenwerkende Opleidingen tot specialist Ouderengeneeskunde Nederland) de rubriek ‘SOON ABCDE-kennistoets’.
Weet u alle antwoorden op de onderstaande vragen? Nee? Dan bent u wellicht toe aan het volgen van de SOON-STARclass.
Vraag 1
Een verzorgende op de revalidatie-afdeling van het verpleeghuis treft één van de patiënten bewusteloos in een stoel aan. Het betreft een 81-jarige vrouw, die revalideert na een totale heupprothese. De patiënte reageert niet op aanspreken en de verzorgende belt de specialist ouderengeneeskunde. Bij aankomst verricht de specialist ouderengeneeskunde direct een beoordeling volgens de ABCDE-systematiek. Binnen stap D verricht zij een oriënterend neurologisch onderzoek. De bevindingen zijn onder andere: de patiënte reageert niet op aanspreken en opent de ogen kort na het toedienen van een pijnprikkel. Bij het toedienen van de pijnprikkel buigt de patiënte haar arm en ze kreunt hierbij. Aan de hand van deze gegevens bepaalt de specialist ouderengeneeskunde, volgens de Glasgow Coma Scale, de EMV-score.
1a. Wat is de EMV-score van deze 81-jarige vrouw?
1b. Wat is een belangrijke, klinische implicatie van deze EMV-score?
1c. Welk, eenvoudig en snel te verrichten, aanvullend onderzoek moet nu gedaan worden?
Vraag 2
Vervolgens wordt de specialist ouderengeneeskunde door een andere verzorgende van de revalidatie-afdeling gevraagd om bij een 74-jarige man te komen kijken. Hij verblijft hier om te herstellen na een bekken- en polsfractuur. Verder is hij bekend met diabetes mellitus, waarvoor hij medicatie krijgt, en hij is een forse roker. Sinds een aantal dagen hoest hij veel en voelt hij zich niet lekker. De verzorgende maakt zich nu zorgen omdat hij sinds vannacht ook hoofdpijn heeft en meerdere malen heeft gebraakt. Ze vertelt dat de patiënt nauwelijks reageerde tijdens het wassen en hij kreunde toen zij hem omhoog hielp. Het viel haar op dat zijn rechteroog anders staat dan gisteren, het lukte hem niet om de verzorgende met beide ogen aan te kijken. De verzorgende heeft alvast de controles gedaan: bloeddruk 115/70 mmHg, pols 89/minuut en T 38,9 ⁰C.
2a. Welke diagnose staat nu bovenaan in de differentiaal diagnose en waarom?
2b. Met welk aanvullend onderzoek wordt deze diagnose aangetoond? Wat betekent dit voor de patiënt?
Klik hier voor de antwoorden.
Auteur(s)
- Eveline Muller, programmacoördinator, SOON Utrecht
- Marjolein Vegers, coördinator pre-toetsen STARtclass Ouderengeneeskunde I & II, SOON Utrecht