De samenwerkende academische netwerken ouderenzorg in Nederland werken aan het verbeteren van de zorg aan ouderen met complexe multimorbiditeit door de verbinding tussen wetenschap en zorgpraktijk te intensiveren.
Dit is een bijdrage namens de academische netwerken ouderenzorg in Nederland: het Groningse netwerk Universitair Netwerk Ouderenzorg UMCG (UNO-UMCG). Andere academische netwerken ouderenzorg zijn die van Amsterdam (UNO-VUmc), Nijmegen (UKON), Leiden (UNC-ZH) en Maastricht (AWO-ZL).
Kwaliteitsverbetering van zorg aan ouderen blijft hoog op de agenda staan. Zo verscheen onlangs het rapport ‘Waardigheid en trots. Liefdevolle zorg voor onze ouderen’ van staatssecretaris Van Rijn. Daarin is een eerste aanzet gedaan voor een plan van aanpak voor kwaliteitsverbetering in de verpleeghuiszorg. Maar hoe doe je dit nu eigenlijk en welke rol kunnen academische netwerken hierin vervullen ? Het samenwerkingsverband van het UMCG met 13 ouderenzorgorganisaties in Noord- en Oost Nederland, het UNO-UMCG, heeft hierin een aantal initiatieven genomen.
Kennisuitwisseling in het UNO-UMCG
Tijdens het eerste minisymposium van het UNO-UMCG op 18 maart 2015 stond het delen van kennis en ervaringen uit de zorgpraktijk centraal. Tien professionals presenteerden hun ‘good practices’. Het ging over belevingsgerichte zorg, een online levensalbum, muziektherapie en een robotknuffel. Hoe de Ronni Gardner Methode het brein in beweging zet ondervonden de deelnemers zelf aan den lijve. Allemaal goede voorbeelden van psychosociale interventies bij mensen met dementie. Daarnaast was er aandacht voor het nut van preventief medicatiegebruik bij dementie, acute triage, geriatrische revalidatiezorg bij cognitieve stoornissen en mondzorg. Tot slot werden de voorbeelden uit de zorgpraktijk met het wetenschappelijk perspectief verbonden. Er liggen kansen om deze prachtige praktijkvoorbeelden samen verder uit te bouwen en wetenschappelijk te evalueren.
Implementatie resultaten wetenschappelijk onderzoek
Er zijn binnen de academische netwerken ouderenzorg in Nederland meerdere interventies ontwikkeld om probleemgedrag beter te kunnen behandelen en het psychofarmaca gebruik te verminderen. Voorbeelden zijn het zorgprogramma GRIP op probleemgedrag (VUmc), STA-OP, een stepped-care benadering van probleemgedrag en pijn (LUMC) en PROPER, gestructureerde review van psychofarmaca (RadboudUMC en UMCG). Deze interventies zijn of worden onderzocht op effectiviteit in de verschillende netwerken. De uitdaging is om deze op grotere schaal te implementeren. Maar welke van deze interventies zijn voor de eigen zorgorganisatie zinvol om te implementeren?
In het UNO-UMCG is in twee zorginstellingen een pilot gestart met als doel die interventies te implementeren die het beste aansluiten bij de door de zorgorganisatie en cliënt ervaren knelpunten. Deze knelpunten en de daarop volgende verbeteracties worden door de professionals zelf in beeld gebracht. Zo ontwikkelt de zorgpraktijk als het ware zijn eigen interventie dat ondersteunend is aan het verbeteren van de zorg en behandeling voor mensen met dementie. Als blijkt dat dit een effectieve methode is, kan de pilot uitgebreid worden en kunnen de effecten ervan wetenschappelijk worden geëvalueerd. Het op deze wijze delen van ontwikkelde producten is een mooi voorbeeld van hoe de verschillende academische netwerken onderling met elkaar samenwerken.
Auteur(s)
- Prof. dr. Sytse U. Zuidema, hoogleraar Ouderengeneeskunde en Dementie, UMCG
- Nina N.G. Hovenga, coördinator UNO-UMCG, UMCG