Polderen in de ouderenzorg - blog -
Harriët zucht als iemand die examen moet doen en niet weet wat de opgaven zullen zijn. Ze wacht op Ria, die aardige vriendin die haar opzoekt en soms helpt met een klusje. Ze is natuurlijk best zelfstandig, ze moest wel, want ze is nooit getrouwd geweest, expres niet, want zíj had een baan. Als Ria er straks is zal ze haar de foto laten zien waar zij op staat als directiesecretaresse bij het transportbedrijf. Een foto van het bezoek van de burgemeester omdat het bedrijf 100 jaar bestond.
Harriët heeft geen besef hoe lang geleden dat feest was en ze heeft geen besef van het feit dat Ria geen vriendin is maar een ondersteuner van de thuiszorg voor haar administratie en regelzaken. En Harriët heeft al helemaal geen idee van de gevolgen van wat de burgemeester en de wethouders in het gemeentehuis hebben besloten.
De gemeente heeft bezuinigd op de ondersteunende zorg (Wmo) en deze aan een andere en nieuwe partij gegund bij de gemeentelijke aanbesteding. De thuiszorgorganisatie van Ria mag mevrouw niet meer ondersteunen vanuit gemeentegeld. De opgebouwde band met deze kwetsbare en vaak achterdochtige mevrouw dreigt te worden afgebroken.
Om de gevolgen van deze wijziging in aanbesteding van de Wmo-zorg te ontlopen vraagt de huisarts op verzoek van de thuiszorg een consult van mij aan voor diagnostiek cognitieve stoornis en zelfredzaamheid bij Harriët. Als Harriët een indicatie kan krijgen voor langdurige zorg (Wlz), dan wordt de ondersteuning van de thuiszorg wel betaald, maar dan niet vanuit de gemeente, maar door het zorgkantoor.
Ik doe een sociaal geriatrisch onderzoek bij Harriët aan huis en kom nog eens terug om zo vriendelijk mogelijk de uitslag te vertellen, nl. dat er sprake is van een beginnende dementie en dat ze hulp nodig heeft. Mevrouw is het niet met me eens, maar ik mag wel een briefje sturen naar de thuiszorg om te regelen dat Ria kan blijven. De thuiszorg vraagt nu een Wlz-indicatie aan en Ria kan blijven. Iedereen is blij. Missie geslaagd!
Maar deze maand wandel ik veel door polderlandschappen en zie meerkoeten als oudjes achter een rollator lopen, ik zie waterkering achter waterkering achter waterkering en besef hoe we alles in stapjes regelen in dit land. Ik voel me klein in het grote geheel en vraag me af wat mijn rol is in de maatschappij? Doe ik het juist goed, omdat ik diagnoses stel en me aanpas aan behoeftes van de ouderen zelf en hun zorgverleners? Mag ik mezelf op de rug kloppen dat we de gevolgen van de veranderde aanbesteding van de gemeente hebben omzeild?
Ik maak een rekensom. Mijn inzet, met reistijd en verslagtijd kost de zorgverzekering vier uur dokterstijd, ook de huisarts heeft een kwartier besteed aan overleg met mij. De thuiszorg is vier uur bezig met papierwerk voor de indicatie, die gelukkig met hulp van Ria door mevrouw zelf is ondertekend. De indicatie is direct toegekend.
Soms wil iemand niet tekenen, of geeft de persoon bij navraag aan geen hulp nodig te hebben. In die situaties kost de indicatieaanvraag nog veel meer uren.
En waarvoor? Om de gevolgen van een gemeentelijke aanbesteding te voorkomen, zodat de kwetsbare Harriët niet zomaar hoeft te veranderen qua vaste ondersteuner naast de thuiszorg. En de gemeente is spekkoper, want de kosten voor ambulante ondersteuning bij Harriët worden nu niet meer vanuit de gemeentelijke Wmo-pot betaald.
Duizenden euro's aan zorggeld besteed om de zorg te verschuiven... Ik besef ineens hoe onzinnig dit allemaal is. Ik werk mee aan het compenseren van beslissingen van de gemeente.
En Harriët? Harriët heeft hier geen besef van. Ze is tevreden over haar zelfstandigheid, kijkt uit het raam, zucht en wacht op Ria. Ze zal haar de foto laten zien van de burgemeester die haar een hand gaf.
Auteur
- Annetje Bootsma, specialist ouderengeneeskunde, Bootsma Ouderenpraktijk